Blogopmaak

Sabotagegedrag en weerstand, hoe ga je ermee om?

Leonieke Osinga • jul 07, 2019

Over Inclusief Leiderschap - van Verzet naar Inzet

Weerstand

Ken je dat, zo’n kick-off meeting waarin iedereen vol energie spreekt over het project dat van start gaat? Iedereen, behalve die paar collega’s die alleen maar tegenwerpingen opgooien en besluitvorming tot complexiteit verheffen. Of zo’n meeting waarin je als team afspraken maakt over bepaalde zaken. Iedereen aan boord? Ja, iedereen aan boord. Nog vragen? Nope, geen vragen. Oké, dan gaan we aan de slag. Om vervolgens te concluderen dat ‘ja zeggen’ in de praktijk niet voor iedereen ‘ja doen’ betekent. Of van die conflicten tussen medewerkers, die je met een goed gesprek dacht te hebben opgelost. Want iedereen had toch z’n zegje gedaan en het was toch uitgesproken? Niet dus… Pfff, vervelend, we zijn toch allemaal volwassen mensen? Moet je nu echt politieagent of kleuterjuf gaan spelen?

Complementair of toch een 'recipe for disaster'?

Diversiteit

De verschillen die het team zo complementair leken te maken, blijken in werkelijkheid voor een onwerkbare situatie te zorgen. Of toch niet? Wat maakt nu dat mensen toezeggingen doen, die ze in de praktijk niet nakomen? Waarom blijven sommige relaties onder druk staan? Hoe kan het dat teams soms zo moeilijk tot besluiten komen? Waarom zijn er altijd van die ‘dwarsliggers’? Als je de moeite neemt om dit soort vragen op een neutrale manier te verkennen, dan kun je verrast worden door de uitkomsten en winnen aan kwaliteit en onderlinge verbinding.

Sabotagegedrag kent veel verschijningsvormen en geeft in wezen uiting aan datgene
‘wat gezegd moet worden’.
Mensen laten sabotagegedragingen zien – bewust en onbewust – als ze zich niet openlijk durven uit te spreken. De redenen die daaraan ten grondslag liggen, kunnen zeer divers zijn. Hoe je daar als leidinggevende mee om kunt gaan, is echter een stuk eenduidiger. Het is dan natuurlijk wel van belang om sabotagegedrag te herkennen. Soms kan dat nog best lastig zijn, in andere gevallen is het overduidelijk. Realiseer je dat het noodzakelijk is om dit gedrag te adresseren, want anders gaat het van kwaad tot erger en 'vergiftigt' het gedrag van een enkeling het moraal van het team of zelfs de cultuur van de organisatie als geheel.
Sabotagelijn
Evolutionaire psychologie

Vanuit de evolutionaire psychologie bezien, is het overigens best begrijpelijk dat sommige mensen het niet gemakkelijk vinden om zich uit te spreken. Met een afwijkende mening ben je immers al snel in de minderheid en val je buiten de groep. Heel vroeger betekende buitensluiting simpelweg geen veiligheid en geen eten, dus je keek wel uit. Tegenwoordig hebben we de groep natuurlijk niet meer nodig voor ons eten, maar buitensluiting voelt nog steeds niet comfortabel. Dus blijven sommige medewerkers liever stil in vergaderingen, maken anderen grapjes om maar niet bij de kern te hoeven komen en voeren weer anderen de èchte gesprekken bij de koffiemachine in plaats van tijdens het teamoverleg. Om nog maar te zwijgen over de al dan niet sarcastische grappen, het bewust vertragen of tegenwerken.

Hoe krijg je deze mensen dan weer 'aan boord'?

Ga eerst voor jezelf na of je in staat bent om je volledig neutraal en met compassie op te stellen (en wees daarbij eerlijk naar jezelf!). Als leidinggevende maak je zelf immers deel uit van het systeem, waardoor je soms enigszins gekleurd bent. Schakel in dat geval een andere professional in, bij voorkeur iemand die ervaring heeft met Deep Democracy. Met wattuh? Deep Democracy gaat uit van het principe dat de wijsheid van de minderheid dient te worden meegenomen in het meerderheidsbesluit. Het streeft er dus niet naar om tegenstellingen weg te poetsen of tot compromissen te komen. Juist in de onderlinge verschillen zitten de diverse talenten en perspectieven, die het potentieel van de groep vormen. Je verkent dus wat de minderheid nodig heeft om mee te kunnen met de meerderheid. Soms is dat enkel de behoefte om gehoord en gezien te zijn, soms worden er inhoudelijke suggesties gedaan, soms is het voldoende om eventuele zorgen te ventileren en weer andere keren gaat het om totaal iets anders.
Laat eerst voorzichtig de waterlijn bij de welbekende ijsberg zakken en haal daarna de resterende relevante zaken boven water.
Als begeleider van de Lewis-methode van Deep Democracy werk ik op de onderstroom en zorg ik ervoor dat 'dat wat gezegd moet worden, gezegd kan worden'. Ik laat daarbij als het ware eerst de waterlijn van de welbekende ijsberg zakken, waarna ik tot slot relevante zaken 'boven water' haal. Daarvoor maak ik gebruik van de hieronder genoemde vijf stappen, die de angel uit de situatie halen en bijdragen aan verbinding en een door iedereen gedragen besluit:

  1. Verzamel alle invalshoeken - geef ruimte aan alle perspectieven, opvattingen en suggesties. Laat daarbij je eigen overtuigingen achterwege. Moedig de aanwezigen aan naar elkaar te luisteren en benadruk dat er in deze fase nog niets wordt beslist.

  2. Zoek actief naar 'het alternatief' - als alle invalshoeken uit stap 1 zijn verzameld (en daarmee het groepsbewustzijn is toegenomen), vraag je of er wellicht nog iets is wat nog niet is genoemd, misschien wel een heel afwijkende mening. Dat mag een afwijkende mening ten opzichte van de rest zijn, maar ook een afwijkend standpunt ten opzichte van eerder gedane uitspraken van de persoon zelf. Ga altijd naast de minderheid staan, zodat deze zich niet alleen en/of buitengesloten voelt, maar deel blijft uitmaken van een groep.

  3. Verspreid 'het alternatief' - informeer in algemene zin wie zich herkent in (al is het maar in beperkte mate) of wat voelt voor het aangedragen alternatief en laat die mensen bij voorkeur ook fysiek plaatsnemen achter degene die de nieuwe invalshoek heeft ingebracht. Daarmee ontstaat verbinding en maakt deze persoon weer deel uit van zijn groep. Het alternatief kan dan verder worden verkend.

  4. Voeg de wijsheid van de minderheid toe - in deze stap wordt er eerst gestemd over de verschillende opties. Vervolgens wordt de wijsheid van de minderheid aan het meerderheidsbesluit toegevoegd om het kwalitatief te versterken.

  5. Werk met de onderstroom - soms komt het voor dat er nog steeds iets speelt, wat beslissingen of goede verstandhoudingen in de weg staat. Dat kan zelfs voor de betrokkenen lastig te duiden zijn. Geef dan eerst een beknopte beschrijving van wat er speelt en nodig vervolgens de groep uit samen op onderzoek te gaan onder de waterlijn.
Deep democracy

Wil jij ook weer de positieve vibe terug in je team?

Onderlinge relaties verbeteren en het vertrouwen in elkaar herstellen? Gun jij je team betere, gedragen besluitvorming, zodat ze (weer) met plezier een actieve bijdrage kunnen leveren aan de organisatiedoelstellingen? Ik kom graag langs om kennis te maken en - geheel vrijblijvend - van gedachten te wisselen.

Neem gerust contact op via info@leoniekeosinga.nl of 06 – 51 99 81 18.

In een volgend artikel ga ik dieper in op de verschillende stappen van Deep Democracy. Wil je nu al meer weten? Plaats dan je vraag of opmerking onder dit artikel of stuur me een bericht. Ik vertel je er graag meer over en denk graag met je mee.
"Diversity is being invited to the party.
Inclusion is being asked to join in and dance."

(Vernā Myers)
Artikel eerder gepubliceerd op LinkedIn (op 2 juli 2019).
De sleutel tot succes
door Leonieke Osinga 14 jul, 2020
Rond deze tijd vinden traditiegetrouw weer de tussentijdse meetmomenten plaats. Noem ze Mid Year Reviews, functioneringsgesprekken, ontwikkelingsgesprekken, of wat je wilt. Het draait in ieder geval om de performance tot dan toe en de stip op de horizon qua ontwikkeling voor de komende periode. Daarbij wordt voornamelijk gekeken naar vaardigheden en competenties, gek eigenlijk, want we gaan daarmee compleet voorbij aan het prestatie- en herstelvermogen van de persoon in kwestie. Wil je optimaal gebruik maken van het prestatievermogen van je medewerkers? Dan is het raadzaam om niet alleen te kijken naar de competentiematch tussen medewerker en functie, maar juist ook aandacht te besteden aan het neurobiochemische profiel van de medewerkers. Juist..., watzeggu? Ik leg het uit. Vanuit de neurowetenschap weten we inmiddels dat de vier primaire neurotransmitters (te weten Dopamine, Acetylcholine, GABA en Serotonine) een essentiële rol vervullen als het gaat om het functioneren van de mens. Is de onderlinge werking tussen deze neurotransmitters optimaal, dan leidt dat tot een hoog prestatievermogen. Is de onderlinge werking echter verstoord, dan heeft dat een verminderd herstelvermogen tot gevolg. Het is dus zaak om een optimale werking van de genoemde neurotransmitters te realiseren. Daarvoor hoef je echt geen neurowetenschapper te zijn en er komen ook geen plakkertjes met elektroden aan te pas. Hoe je dat dan wel kunt bewerkstelligen, kom ik je graag persoonlijk vertellen. Wat je hier nu al mee kunt? Iedere persoon heeft een eigen van nature overheersend neurotransmitterprofiel, met daaraan gekoppeld een reeks kenmerken. Zo beschikt iemand met bijvoorbeeld ‘Dopamine’ als dominante natuur over daadkracht, wilskracht en zelfvertrouwen. Deze persoon is scherp, heeft focus, gaat uit van feiten en houdt gemakkelijk het overzicht. Maar let op, als de onderlinge werking met de andere neurotransmitters verstoord raakt, dan zal diezelfde persoon totaal anders functioneren. Besluiteloosheid, start- en focusproblemen treden dan op de voorgrond. Een vlakke gezichtsuitdrukking verschijnt op het gelaat en uitputting ligt op de loer. Wordt er geen actie ondernomen, dan wordt deze persoon vatbaarder voor verslavingen in enige vorm en agressie. En zo zijn er ook voor de drie andere neurotransmitters kenmerkende eigenschappen, in positieve en in negatieve zin. Als HR en/of de leidinggevende meer kennis heeft van de kwaliteiten en valkuilen van de vier primaire neurotransmitters, dan kan eerder worden gesignaleerd of iemand in z’n kracht zit of zich op een glijdende schaal bevindt. Des te eerder je ingrijpt op de glijdende schaal, des te eerder je kunt faciliteren in (sneller) herstel, waarmee je zelfs (soms zeer langdurig) ziekteverzuim kunt voorkomen. En je kunt er nog meer mee! Want het is natuurlijk nóg handiger om een en ander meteen al aan de voorkant goed in te richten. Je kunt overwegen om bij een interne sollicitatie of bij het samenstellen van een projectteam ook eens samen het neurotransmitterprofiel van je medewerkers te bekijken. (Of daarvoor eventueel een externe, neutrale specialist in te schakelen.) Dat gebeurt op basis van een vragenlijst en uiteraard met toestemming van de persoon, waarbij alleen de totaalscores met HR en/of de manager worden gedeeld, zodat de privacy gewaarborgd is (de individuele antwoorden op de onderliggende vragen zijn alleen bij de medewerker in kwestie bekend). Als je inzicht hebt in de neurobiochemische krachten van je medewerkers, kun je iedereen de juiste rol toebedelen, waardoor je de kansen op succes vergroot en mismatches voorkomt. Medewerkers zelf vinden het ook enorm interessant, want zij komen in hun kracht te staan en blijven vitaal. Hun eigenschappen sluiten aan bij wat er in die rol nodig is en de gevraagde inspanningen kosten hun van nature minder energie. En zo snijdt het mes aan twee kanten. Medewerker blij met balans en succes, werkgever blij met vitale medewerkers en resultaat. Blog geschreven door Leonieke Osinga voor P&O Partner .
door Leonieke Osinga 20 sep, 2019
Het onbedoelde neveneffect van Lean bij gebrek aan goed leiderschap
Meer posts
Share by: